Mindfulness

Aandacht is de sleutel…

Aandachtgerichtheid (mindfulness) houdt in: kijken en zien zoals het wérkelijk is.
Hiermee wordt het controleren en/of het veranderen van de gedachten losgelaten door bewust de aandacht te richten. Het hebben van bepaalde gedachten is één. Daar ook werkelijk aandacht aan geven en ze te geloven is twee en staat daar los van.

– Dat wat je aandacht geeft groeit. –

Betekenisvolle aandacht schenken aan je gedachten blaast je gedachten op. Je zou kunnen zeggen: hoe meer aandacht je geeft aan negatieve gedachten, des te moelijker is het om ze te veranderen.
Zodra de aandacht gericht wordt op op andere aspecten van ‘het hier en nu‘ krijgen je negatieve gedachten steeds minder vaste grond onder de voeten.
Wanneer je je gedachten onderzoekt (zelfonderzoek), zal blijken dat ze vaak ‘onwaar’ zijn. Is dat een eye-opener of niet?!

Let wel: aandachtgerichtheid is iets heel anders dan ‘afleiding zoeken’ (in een film of boek bijvoorbeeld). Afleiding zoeken is tijdelijk, waarna de (negatieve) gedachten weer volop aanwezig zijn.
Aandachtgerichtheid/mindfulness maakt je autonoom. JIJ bepaalt, los van je gedachten, waar je je aandacht op richt. En JIJ bepaalt aan welke gedachten je betekenisvolle aandacht schenkt (en ze daarmee groter maakt).

– Aandacht = (scheppende) energie = voeding = leven –

Mindfullness verlegt de aandacht.
In aandachtgerichtheid/ ‘mindfulness‘ kun je je bekwamen door oefening. Iedereen kan het. Vooral kinderen zijn er erg goed in.

Het resultaat van het toepassen van deze technieken is vaak, dat cliënten met (chronische) psychische en/of lichamelijke klachten automatische reactie-patronen los gaan laten: ze leren zich bewust te worden van de automatische piloot en leren over te stappen op bewust waarnemen en handelen.

– Aandacht is voor mensen (en gedachten) als water voor planten. –

 

In ‘aandachtgerichtheid’ kunnen verschillende cognitieve- en gedragstherapeutische interventies aan de orde komen, zoals:

  • jezelf trainen en oefenen rondom de aard van het denken;
  • registratie van gedachtenpatronen rond (on-)prettige gebeurtenissen;
  • het leren herkennen van kenmerkende negatieve gedachten;
  • signalen van een dreigende depressie of angst leren herkennen;
  • plezierige activiteiten invoeren en het bewust voorkomen van ’terugvallen’;

Daarbij leer je een andere houding aan te nemen. Je leert de stroom van gedachten en lichamelijke sensaties te observeren en te ervaren als het komen en gaan van gedachten en lichamelijke sensaties als voorbijdrijvende wolken.

– Het zijn niet de omstandigheden buiten je die je verdrietig of gelukkig maken.
Het is de houding die je zelf tegenover de dingen aanneemt. –